Aan welke voorwaarden moet een toets die op school wordt gebruikt om de achterstand aan te tonen bij kinderen met een vermoeden van dyslexie, voldoen?
Om de achterstand van technisch lezen aan te tonen bij kinderen met een vermoeden van dyslexie moet een toets op woordniveau, die zowel tempo als accuratesse weegt, worden gebruikt. Zie ook Welke toetsen kunnen door scholen worden gebruikt om de achterstand aan te tonen bij kinderen met een vermoeden van dyslexie?
Op grond van kwaliteitscriteria stelt het NKD de volgende voorwaarden aan deze toetsen:
- De toets meet de technische leesvaardigheid op woordniveau waarbij zowel tempo als accuratesse meewegen.
- De ruwe scores kunnen worden omgezet in A t/m E-scores, I t/m V-scores en/of percentielscores om de 10% zwakste lezers betrouwbaar te kunnen identificeren.
- De t-scores zijn beschikbaar om de vergelijking met andere, soortgelijke toetsen binnen de Nederlandse Dyslexie Database (NDD) mogelijk te maken.
- De toets moet gestandaardiseerd en genormeerd zijn en goedgekeurd door de Expertgroep Toetsen PO (tot 1 januari 2023) / College voor Toetsen en Examens (vanaf 1 januari 2023).
Als er toetsen (bijvoorbeeld als onderdeel van een leerlingvolgsysteem) worden gebruikt die niet aan deze voorwaarden voldoen, dan kunnen deze niet ingezet worden om achterstand aan te tonen bij kinderen met een vermoeden van dyslexie. Bij deze leerlingen moet dan – op minimaal drie achtereenvolgende hoofdmeetmomenten – aanvullend een toets afgenomen worden die wel aan de criteria voldoet.