Ga naar de inhoud
Als het over kwaliteit in dyslexiezorg gaat

NIEUWSBRIEF 27

De inspiratie van Milene Bonte

Hoogleraar Milene Bonte speelt een actieve rol in het NKD. Na jarenlang lid te zijn geweest van de WARD (Wetenschappelijke Adviesraad Dyslexie) zit zij sinds begin 2022 in de raad van bestuur. Ook is ze voorzitter van de Datacommissie en waarnemer in de WARD. Wat drijft deze bevlogen neurowetenschapper en hoe wil zij bijdragen aan de missie van het NKD?

Wat voor achtergrond heb je?

‘Ik heb psychologie gestudeerd in Maastricht. Tijdens mijn master ben ik in taalontwikkeling en dyslexie terechtgekomen. Ik onderzocht de hersenreacties van kinderen mét en kinderen zónder dyslexie tijdens het verwerken van spraakklanken. Ook tijdens mijn promotieonderzoek, bij Leo Blomert, heb ik gekeken naar de manier waarop hersenen fonologische informatie verwerken. Na mijn promotie heb ik het dyslexieonderzoek een aantal jaar verlaten omdat ik eerst meer wilde begrijpen over taalontwikkeling in het algemeen. Sinds mijn terugkeer in de dyslexie doe ik naast fundamenteel onderzoek ook steeds meer praktisch gericht onderzoek. Het is een grote drijfveer om de vertaalslag te maken van wetenschap naar de praktijk.’

Hoe zie je die vertaalslag?

‘Dat begint met het begrijpen van de fundamentele mechanismen: waarom leert het ene kind makkelijk lezen en het andere kind moeilijk? Door de multi-dimensionele benadering die het dyslexieonderzoek sinds zo’n tien jaar kenmerkt, weten we inmiddels dat er niet één oorzaak is van dyslexie. Er is sprake van een complex samenspel tussen omgevingsfactoren en biologische aanleg. Bij elk kind resulteert dat samenspel in een uniek leertraject. Ik vind het enorm interessant dat we in allerlei onderzoeksprojecten steeds meer nieuwe puzzelstukjes vinden en beter begrijpen hoe al die factoren samenwerken en leiden tot dyslexie. In die leertrajecten zien we enorme individuele verschillen. Het is mijn ideaal om de leercurves al op jonge leeftijd op individueel niveau in kaart te kunnen brengen en te gebruiken als indicator voor het ontwikkelen van dyslexie. Daardoor kun je eerder beginnen met gerichte ondersteuning van het kind.’

Waarom wil je een actieve rol spelen in het NKD?

‘In eerste instantie ben ik in 2018 toegetreden tot de WARD (Wetenschappelijke Adviesraad Dyslexie). Zo wilde ik bijdragen aan de vertaalslag van wetenschap naar praktijk. Namens de WARD zat ik onder meer in de schrijfgroep van het Protocol Dyslexie Diagnostiek & Behandeling 3.0. Daarin kon ik de huidige neurowetenschappelijke inzichten op het gebied van dyslexie inbrengen. Dat vond ik belangrijk, dat geeft mijn werk als wetenschapper ook weer op een andere manier direct praktisch nut. Sinds begin dit jaar zit ik de raad van bestuur. Vanuit die rol ben ik tevens voorzitter van de Datacommissie en waarnemer in de WARD.’

Wat neem jij mee in de raad van bestuur?

‘Met name basaal wetenschappelijke kennis over dyslexie en leesontwikkeling. Vanuit die kennis wil ik bijdragen aan het inrichten van de beste, praktisch haalbare zorg voor kinderen met dyslexie. Voor allerlei zaken die in de raad van bestuur ter tafel komen, fungeer ik als toetssteen voor de actuele wetenschappelijke inzichten. Je zou me een wetenschappelijk klankbord kunnen noemen. Neem bijvoorbeeld het debat over de rol van het onderwijs in dyslexie. Vanuit mijn wetenschappelijke achtergrond kan ik als lid van de raad van bestuur bijdragen aan het innemen van een onderbouwd standpunt in dit debat. Op grond van alle opgebouwde kennis over leesontwikkeling en dyslexie zeg ik als wetenschapper dat je dyslexie niet als een onderwijsprobleem kunt bestempelen. Daarmee doe je geen recht aan het ontwikkelende kind en ook niet aan het onderwijs. Een leraar en een rt’er zijn niet opgeleid om dyslexie te differentiëren van andere ontwikkelingsproblemen en ook niet om de nodige gespecialiseerde behandeling te geven. Nog afgezien van het ontbreken van de middelen daarvoor.’

Wat vind je van jouw nieuwe rol in de WARD?

‘Als lid van de WARD kon ik een actieve, kritische, wetenschappelijke bijdrage leveren. Nu ik in de raad van bestuur zit, ben ik namens de raad van bestuur waarnemer in de WARD. Dat is echt een andere rol. Nu ben ik meer de luisteraar, die vanuit een vogelperspectief meekijkt. Aan die nieuwe rol moest ik echt wel even wennen, maar ik begin er steeds meer in te komen. Als bestuurder heb ik ook het voorzitterschap van de Datacommissie in portefeuille. Dat sluit goed aan bij mijn eigen werk op de universiteit, waarin ik ook steeds meer kijk naar big data. Door mijn verschillende rollen binnen het NKD fungeer ik als schakel tussen de raad van bestuur, de WARD en de Datacommissie en kan ik de verschillende perspectieven goed aan elkaar verbinden.’

Hoe kijk je naar de missie van het NKD?

‘Het NKD wil dat ieder kind met dyslexie in Nederland leert lezen en spellen, zodat het zich volwaardig kan ontplooien en kan bijdrage aan de maatschappij. Die missie omarm ik volledig en vanuit mijn eigen onderzoek wil ik er graag aan bijdragen. Daarvoor moeten we niet alleen beter begrijpen hoe de leertrajecten van kinderen verlopen maar ook zuivere meetmethoden ontwikkelen waarmee we het leervermogen van individuele kinderen al op jonge leeftijd kunnen inschatten. Daardoor kunnen interventies eerder worden ingezet en beter worden afgestemd op individuele verschillen tussen kinderen. Dat is echt nog wel toekomstmuziek.’

Terugkijken: college Universiteit van Nederland

Voor de Universiteit van Nederland verzorgde Milene Bonte onlangs een digitaal college met de titel Hoe ontstaat dyslexie? Hierin legt ze helder uit waarom het helemaal niet zo vanzelfsprekend is dat mensen vloeiend leren lezen en schrijven. Een aanrader, ook voor mensen die helemaal niet thuis zijn in de dyslexie.

Back to top