Praktijk in beeld

Molendrift werkt sinds haar oprichting in de jaren 80 met de zogenoemde Verklarende Analyse. Veel praktijken in het land gebruiken deze methodiek inmiddels ook. Ontwikkelen zit Molendrift in het bloed. Zo werd onlangs nog een Leesmeter gemaakt. 

Eén plan, één behandelaar

Molendrift is een gespecialiseerde zorgorganisatie die actief is in Groningen, Friesland en de kop van Drenthe. Vanuit vier locaties bieden zo’n honderd medewerkers hulp aan kinderen, jongeren en volwassenen. Dyslexiezorg is één van de activiteiten. Marjolein Siemons (Orthopedagoog-Generalist) is mt-lid en werkbegeleider en heeft daarnaast ook eigen cliënten. Over de manier van werken zegt zij: ‘Wij denken dat er kwaliteit schuilt in het werken met een vaste behandelaar. Ons uitgangspunt is daarom in principe één plan, één gezin en één behandelaar. We weten vanuit onderzoek en onze eigen ervaring dat de behandelrelatie van groot belang is voor het slagen van een behandeling. Dus dat staat voor ons voorop. We zorgen ervoor dat behandelaren breed geschoold zijn en dat er altijd een werkbegeleider actief betrokken is die kan invoegen in gesprekken of kan meedenken over de aanpak. Dat maakt dat je vaak dezelfde behandelaar kan houden, ook als je meerdere hulpvragen hebt of als de hulpvraag verandert. Om te zorgen dat medewerkers voldoende in huis hebben om cliënten gedurende de tijd dat ze bij ons zijn goed te ondersteunen, leiden we hen breed op. Het is daarbij belangrijk dat zij bereid zijn om over hun eigen kennis of discipline heen te kijken.’

Verklarende Analyse

Molendrift is de grondlegger van de Verklarende Analyse: een methode om (complexe) problematiek te ontrafelen naar persoons- en contextkenmerken en de interactie daartussen. Marjolein: ‘We passen deze Verklarende Analyse al sinds de jaren 80 in al onze zorgtrajecten toe. In wezen maakt het niet uit of je een leerprobleem, een gedragsprobleem of een systemisch probleem analyseert. Steeds brengen we dezelfde aspecten in kaart: de kennis, de strategie en de beleving van de cliënt en van zijn of haar omgeving en de interacties daartussen. Dat kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld in een gesprek of met een test. Alle relevante informatie brengen we terug tot één overzichtelijk A4. Zie het als een schematische weergave van de kern van de klacht of het probleem en de samenhang tussen factoren die van invloed zijn.’ Kirsten van de Zee, orthopedagoog en GZ-psycholoog, vult aan: ‘Met de Verklarende Analyse ben je het kind dus spreekwoordelijk aan het afpellen en ontdek je wat het kind nodig heeft. Samen met het kind én de ouders. Het gaat echt om klinisch redeneren. Op basis van de Verklarende Analyse kun je de insteek van de behandeling en de volgorde van de vervolgstappen bepalen en ontstaat ook snel draagvlak. Dat is maatwerk, want het ene kind met dyslexie is het andere niet. Met de informatie die we gedurende de behandeling verkrijgen, kunnen we de Verklarende Analyse waar nodig aanvullen of verfijnen.’

Delen met andere praktijken

Molendrift houdt van kennis delen en samenwerken, zowel op cliënt- als organisatieniveau. De Verklarende Analyse is daar een mooi voorbeeld van. Marjolein: ‘We hebben onze methodiek bijvoorbeeld in een ondersteunende tool gevat, Samen1Analyse, die collega-praktijken in het land nu ook kunnen gebruiken. We scholen mensen in het werkveld die met deze methodiek willen gaan werken. Als ze de meerwaarde zien, mogen ze de tool vervolgens ook gebruiken. Eventueel bieden we ook supervisie aan, wat bijdraagt aan het blijven delen van kennis en elkaar scherp houden. Met uiteindelijk het perspectief: verbetering van de kwaliteit van de zorg.’

Leesmeter

Het ontwikkelen zit Molendrift in het bloed, zou je kunnen zeggen. Zo werd bijvoorbeeld onlangs ook een maat voor leesmotivatie ontwikkeld. Kirsten legt uit: ‘Net als alle andere gecertificeerde dyslexiepraktijken leveren wij gegevens aan de Nederlandse Databank Dyslexie. Aan het eind van een dyslexiebehandeling geven we bijvoorbeeld door hoe het leesplezier en de motivatie van de cliënt zijn. Natuurlijk is het leuk als je dat aan het eind van de behandeling weet, maar wij vonden het eigenlijk veel waardevoller als je kunt zien of hier gedurende de behandeling een verandering in optreedt. Daarom hebben we een Leesmeter ontworpen, die tijdens het startonderzoek, de tussenevaluaties en de eindevaluatie wordt ingevuld. We vragen het kind hoeveel plezier het ervaart in het lezen en hoe gemotiveerd het kind is om te lezen en om thuis te oefenen. Daarvoor gebruiken we een vijfpuntschaal, met corresponderende smileys. Als je ziet dat er groei of juist een afname is, kun je daarop inspelen in de volgende behandelperiode.’

Behandelen op Molendrift-locaties

De dyslexiebehandelingen vinden in principe op één van de vier Molendrift-locaties plaats. Kirsten: ‘Ik denk dat wij de ouders vrij goed kennen, omdat zij meekomen naar de behandellocatie. Meestal wonen zij het laatste deel van de behandeling bij, waarin we ook uitleg geven bij het huiswerk. Wij denken dat het betrekken van ouders heel waardevol is, want het oefenen thuis wil je goed borgen. Soms behandelen wij cliënten op school en dan is die ouderbetrokkenheid in het algemeen toch lastiger. Dan zie je bijvoorbeeld dat het huiswerk verkeerd wordt geïnterpreteerd of vergeten, ook al werken we met een heen-en-weer-schrift.’

Honkvast team

Marjolein werkt sinds 2005 bij Molendrift, Kirsten sinds 2008. Hun lange staat van dienst is zeker geen uitzondering, veel collega’s zijn net zo honkvast als zij. Marjolein zegt hierover: ‘Wij zijn een vrij platte organisatie, waarin mensen veel eigen verantwoordelijk hebben en ruimte krijgen. Ik denk dat de grote differentiatie in taken en cliënten ook bijdraagt aan het werkplezier, evenals de onderlinge sfeer en de collegialiteit. We staan voor elkaar en helpen elkaar als het moeilijk is. We hebben bijvoorbeeld ook een aantal casussen die met de toeslagenaffaire te maken hebben. Die zijn heel complex. Het is fijn dat je dan kunt terugvallen op collega’s, met wie je het samen draagt.’
Bij Molendrift is er ook veel ruimte om jezelf te ontwikkelen en om bij te dragen aan het beter maken van de zorg. Kirsten: ‘Ook als beginneling heb je de ruimte om te ontdekken wie je bent, waar je staat en wat je wilt met je vak. Binnen je eigen grenzen krijg je veel ontwikkelmogelijkheden en word je hierin ook begeleid. Dat is heel fijn!’