Ga naar de inhoud
Als het over kwaliteit in dyslexiezorg gaat

NIEUWSBRIEF 20

Praktijk in beeld

Praktijk ADDIA heeft zich ongeveer een jaar geleden aangesloten bij het NKD. Directeur Letitia Irion geeft een inkijkje in de praktijk en blikt terug op de opbrengsten van het audittraject.

Tijdens haar studie orthopedagogiek specialiseerde Letitia Irion zich in leer- en gedragsstoornissen. “Een schot in de roos”, zegt GZ-psycholoog Letitia Irion over deze combinatie. “Mijn hele werkzame leven ervaar ik dat deze twee gebieden onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.” Nadat Letitia zo’n dertig jaar bij grote instellingen werkte, besloot ze in 2009 een eigen praktijk op te richten. “Ik wilde tot een behandelvorm overgaan, waarin de context van het kind nadrukkelijk een rol speelt. Binnen grotere instellingen was dat toentertijd minder goed mogelijk, was mijn ervaring.”

Foto van het team van ADDIA met v.l.n.r. Demy Schermij, Peter Witvliet, Letitia Irion en Nika Caris

Foto van het team van ADDIA met v.l.n.r. Demy Schermij, Peter Witvliet, Letitia Irion en Nika Caris

Transparantie richting ouders

In de werkwijze van ADDIA is transparantie richting ouder en kind een belangrijk uitgangspunt, zowel bij de dyslexie als de BGGZ. “Wat we anders doen dan veel andere praktijken: als we een diagnostiektraject afronden, schrijven wij niet direct een definitief rapport. Je kunt er namelijk niet op voorhand van uitgaan dat jouw keuze voor een behandeltraject per definitie de beste is, ook al ben jij de professional. Daarom hebben we altijd eerst een adviesgesprek met ouders, waarin we de resultaten en onze bevindingen delen. We maken hen deelgenoot van het materiaal en van de richting waarin we denken. Door hier samen naar te kijken, kom je tot fijnere nuances en tot beter passende doelstellingen voor het behandeltraject. Ik vind het een enorme winst. De uitgebreide, zorgvuldige start zorgt voor een optimale betrokkenheid van de ouders gedurende het gehele behandeltraject.”

Betrokkenheid van ouders

“Als alle neuzen dezelfde kant op staan, zullen ouders zich thuis meer inzetten, bijvoorbeeld ten aanzien van het huiswerk. Ouders zijn ook de sleutel tot school. Zij kunnen de leerkrachten bijvoorbeeld op een positieve manier stimuleren om datgene waar tijdens de behandeling aan wordt gewerkt ook toe te passen in de schoolcontext. Ik heb me wel afgevraagd af deze manier van werken voor alle ouders passend is. Mijn antwoord is ‘ja’. Als ik ouders voor me heb die het allemaal niet direct snappen, is het aan mij als hulpverlener om de juiste vertaalslag te maken.”
Op dit moment werkt Letitia aan een intern beleidsstuk om de bijdrage van ouders nog wat meer te concretiseren. “Ik zou graag korte (groeps)oudercursussen aanbieden bij de start en aan het eind van de behandeling. Er zijn veel thema’s waar ouders van kinderen met dyslexie mee te maken krijgen; motivatieproblemen, gebrekkig zelfvertrouwen, gevoelens van frustratie zijn slechts enkele voorbeelden. Ik denk dat het rendement van de dyslexiebehandeling kan worden vergroot als ouders na het beëindigen ervan voldoende vaardig zijn om de behaalde winst te behouden.”

Sparring partner voor scholen

Een deel van de behandelingen van ADDIA vindt op de praktijk plaats, maar er wordt ook op school behandeld. “Daarbij proberen we zoveel mogelijk één behandelaar aan de school te koppelen. We merken dat dat veel oplevert. Omdat de behandelaar een bekend gezicht is, verloopt de afstemming over individuele trajecten veelal heel vlot. Ook in het voortraject weten leerkrachten de behandelaar makkelijk te vinden, bijvoorbeeld als er vragen zijn over het vormgeven van ondersteuningsniveau 2 en 3. De behandelaar kan altijd collegiaal meedenken.”

Audit Kiwa

Ongeveer een jaar geleden heeft ADDIA besloten zich aan te sluiten bij het NKD. Over de audit van het Kiwa zegt Letitia: “Natuurlijk vindt niemand het leuk om bovenop de drukke werkzaamheden zo kritisch benaderd te worden. Je moet er echt veel voor doen, maar desondanks juich ik het toe. Zo’n visitatie zet je zó op scherp!”
De audit maakte duidelijk dat ADDIA inhoudelijk heel sterk was, maar qua bedrijfsvoering waren er verschillende zaken die beter konden, onder meer de borging van de continuïteit. “Ik had nog nooit nagedacht over de vraag wat er zou gebeuren als ik, als GZ-psycholoog en hoofdbehandelaar, zou uitvallen. Door de visitatie heb ik nu twee steengoede vervangers die ons bedrijf goed kennen. Als ik uitval, kunnen zij direct worden ingevlogen en mijn werk overnemen. In het kader van de continuïteit hebben we ook besloten om de medewerkers voortaan in loondienst aan te nemen. Aan de ene kant is dat een risico, maar aan de andere kant is het belangrijk voor de kwaliteit en de continuïteit.”

Confronterend

Naar aanleiding van de audit is er ook in de communicatie het nodige aangepast. “Veel communicatie vond terloops plaats. In een kleine praktijk is dat natuurlijk ook heel makkelijk: je zoekt elkaar makkelijk op en overlegt terloops. Dat liep allemaal op rolletjes, maar het resultaat van al die ‘informele’ communicatie werd niet systematisch vastgelegd. En wat je niet vastlegt, bestaat formeel niet voor de auditor. Dit was een keiharde confrontatie, omdat wij ons werk zeer gepassioneerd uitvoeren en weten dat wij dat kwalitatief goed doen. Toch klopte het helemaal wat de auditor hierover zei. Waarom deden we dat trouwens niet?  Wij hebben immers een keurig rapportagesysteem dat helemaal voldoet.”
Terugkijkend op de audit, zegt Letitia dat ze de auditor heel kritisch vond, maar wel op een fijne en zinvolle manier. “Er werd bijvoorbeeld zelfs aangegeven dat we de materialen die we tijdens de behandeling gebruiken zeer frequent moeten schoonmaken. Ik vond dat destijds best wat overdreven, maar nu zitten we midden in een pandemie en realiseren we ons allemaal: o ja, daarom doe je dat dus!”

De waarde van het NKD

Letitia vindt het een verrijking dat ADDIA nu is aangesloten bij het NKD. “Het NKD is echt een professionele organisatie. Ik vind de informatievoorziening vanuit het NKD goed en ben ook blij met de scholingsmogelijkheden, recent nog in de vorm van webinars. Ook de hulpmiddelen die het NKD ontwikkelt, zijn behulpzaam. Zo hebben we een tijd geworsteld met de follow-up na afronding van de behandeling. Met het schema dat het NKD ontwikkelde, kunnen we die follow-up nu goed organiseren.”

Back to top